Een beschouwing over rekenangst:
Veel volwassenen en kinderen lijden aan rekenangst, met of zonder dyscalculie.
Dit kan verschillende oorzaken hebben:
1) de manier waarop men rekenonderwijs kreeg
2) de manier waarop gereageerd is door leerkrachten en ouders bij, vooral, fouten maken
3) de reacties van mede leerlingen bij een uitzonderingspositie
4) gebrek aan eigen weerbaarheid, onzekerheid
Ad 1)
Bij klassikaal lesgeven worden de studenten overhoord voor het oog van de rest van de groep, studenten worden aan elkaar ten voorbeeld gesteld en worden met elkaar in competitie gebracht. Deze vorm van onderwijs kan bij leerlingen met problemen angst en onzekerheid geven.
Bij het klassikale systeem (frontaal onderwijs ipv adaptief onderwijs), van vroeger was er weinig aandacht voor het individu. Slechte leerlingen werden achteraan in de klas gezet en moesten maar zien. Veel volwassenen hebben deze vorm van onderwijs nog meegemaakt.
Door de invoering van het klassikale systeem in (1806) naar het nu meer ervaringsgericht onderwijs (1900) is er veel veranderd. Langzaam aan is er is meer aandacht voor het individu gekomen. Problemen worden erkend en herkend. Adaptief onderwijs, zich aanpassend aan het individu, is norm geworden. Maar daarmee niet altijd de juiste aandacht voor het kind.
Toch valt en staat het hele systeem met de leerkracht voor de klas. In hoeverre is hij/zij in staat de zwakkere leerling goed te begeleiden in cognitief en didactisch opzicht. En heeft hij/zij voldoende inzicht om bij echte problemen de leerling via de juist weg op het juiste pad te brengen.
Ad 2)
Dit hangt ook samen met het vorige punt, maar zeker ook met de houding van ouders en leerkrachten. Het is zeker niet gezegd dat iedere ouder en leerkracht behept is met tact, respect, relativeringsvermogen en kennis om een zwakker kind goed te begeleiden.
Zelf heb ik de eerste 2 groepen (leerjaren) in België op school gezeten. Ik herinner me, dat als een kind domme dingen deed, hij/zij voor de klas moest komen te staan en een muts met ezelsoren op moest. Terug in Nederland kreeg ik van de zuster Wilhelmina die ons les gaf, iedere keer een draai om mijn oren als ik de Belgische letters bleef schrijven. Gelukkig heb ik er geen trauma aan overgehouden. Alleen een vreselijk handschrift. *S*
Ook nu, als ik sommige verhalen hier op het forum lees lijkt het of vaak leerkrachten nog steeds kinderen het gevoel geven dat ze dom zijn of de schouders optrekken bij problemen, bagatelliseren. Een kwalijke zaak en onbegrijpelijk!
“Ik weet nog goed hoe het was. Het tweede leerjaar, bijles rekenen. Juffrouw Slecht - zo noemde ik haar toch - was een vrouw die wist wat ze wilde. Zij was degene die achterkomertjes en domme ettertjes onder haar hoede nam om hun rekenkennis wat bij te schaven.”
Begin van een verhaal over Juffrouw slecht. De rest van het verhaal is hier te lezen~:Juffrouw Slecht
Ad 3)
Het is de taak van de leraar en ouders om het zwakkere kind te beschermen, zonder het daarmee in een duidelijke uitzonderings positie te plaatsen. (Een zwakker- of juist zeer intelligent kind zit zowiezo al in een andere positie).
Het benadrukken van wat het kind WEL kan is erg belangrijk.
Ik denk niet dat het steeds weghalen uit de les voor bijles een oplossing is. Meedoen met de klas op een eigen niveau lijkt me een beter plan. Ook is het dan zo dat zwakken leren van sterken en sterken helpen zwakken.
Ad 4)
Heel belangrijk is het om een kind weerbaar te maken. Te leren omgaan met de eigen zwakheden en andere eigenschappen meer te ontwikkelen. Ouders en leerkrachten moeten het kind een gevoel van eigenwaarde aanleren.
Rekenangst en faalangst is een bekende combinatie.
Bij onze zoon is dit gelukkig weggegaan doordat we het rekenen hebben laten zitten voor een langere tijd. Ook een ander rekenprogramma aanbieden, minder sommen en veel voordoen / samen doen / zelf doen zijn oplossingen.
~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~
Rekenangst zorgt voor een belemmering van de verdere ontwikkeling van het rekenen.
Ook voor leerlingen met dyscalculie kan rekenangst een verdere verslechtering geven.
Oprechte aandacht, respect en kennis van en voor de leerling kunnen dit verminderen.
En absoluut relativeren....je hoeft nu eenmaal niet alles goed te kunnen.
Bronnen:
Onderwijs vroeger en nu
klassikaal en individueel onderwijs
Kennisgericht onderwijs